De regionale verschillen worden kleiner
We stellen bij iedereen een positieve evolutie vast, maar het verschil in ‘Marge Brute’ tussen de 25% beste en 25% slechtste resultaten blijft belangrijk. Het verschil bedraagt ongeveer 78 €/1.000 liter melk. De resultaten van de Franse en Vlaamse melkveehouders beginnen op elkaar te lijken. Dit is dankzij de vierjarige samenwerking in een vorig project. De melkveehouders in elke regio deden hun best om zich te verbeteren! Enkele voorbeelden: verhoging van de gehaltes, minder krachtvoergift, betere prijzen voor de reformkoeien….
De melkveehouders maximaliseren de opbrengst van hun ruwvoeroppervlakte. Dit wordt aangetoond met een gemiddelde van 9.000 liter per koe en 14.000 liter per gecorrigeerde oppervlakte ruwvoerteelten. Deze geproduceerde melk is dus rijk aan gehaltes. Het groepsgemiddelde bedraagt 4,15% vet en 3,35% eiwit. Er zijn nog enkele kleine regionale verschillen: 4,30% vet en 3,40% eiwit voor Vlaanderen, 4,00% vet en 3,30% eiwit voor Wallonië en 4,20% vet en 3,40% eiwit voor Noord-Frankrijk. De krachtvoergift voor de melkkoeien varieert van 170 g/l melk voor de 25% slechts scorende bedrijven naar 205 g/l melk voor het 25% best scorende bedrijven. Met een gemiddelde kostprijs voor krachtvoer van 282 à 345 € per ton is de impact op de ‘Marge Brute’ niet te verwaarlozen.
Gedachtenwisseling over de vet- en eiwitgehaltes
Ook de geproduceerde hoeveelheid vet en eiwit per koe kwam aan bod. Hiervoor moet je de geproduceerde hoeveelheid melk en gehaltes kennen. De verkoopprijs per kg vet en eiwit bij twee belangrijke zuivelfabrieken in Vlaanderen en Wallonië is momenteel gelijk. Het is belangrijk om deze gehaltes in het oog te houden en tegelijk de geproduceerde hoeveelheid melk niet uit het oog te verliezen. Zo kan je 2,4 kg vet en eiwit per dag per koe op verschillende manieren produceren:
- 32 liter met 4,00 % vet – 3,40 % eiwit
- 30 liter met 4,33 % vet – 3,60 % eiwit
Wanneer we dezelfde hoeveelheid vet en eiwit per dag willen produceren met minder melk, dan moeten de gehaltes met 0,3% verhogen per liter minder geproduceerde melk.
Op het einde van de bijeenkomst kreeg iedereen de kans om een of meerdere actiepunten voor zijn bedrijf te formuleren. De resultaten zouden zichtbaar moeten zijn bij de twee volgende economische berekeningen.